dinsdag 18 augustus 2009

Joyce Huisman - Ik kook met oma

De tomatensoep van mijn grootmoeder is legendarisch, althans binnen onze familie. Haar drie dochters hebben honderden malen gezien hoe ze die soep maakte, maar nog slagen ze er niet in om hetzelfde smaakeffect te verkrijgen. Langs haar neus weg opperde mijn grootmoeder wel eens dat er een geheim ingrediënt was dat die soep zo lekker maakte, maar ze heeft nooit verklapt wat dat zou kunnen zijn. Ik heb het haar helaas nooit zelf kunnen vragen want ik heb het geluk niet gehad met haar te mogen koken. En dat vind ik nog steeds jammer. Ik had haar willen assisteren bij het maken van haar kaaskroketten, of zien hoe ze erin slaagde om twee dagen na elkaar de volledige familie te trakteren op overvloedige feestmalen van gebraad en konijn, soep en nagerecht en taarten. Niet alleen de recepten interesseren mij, maar ook de organisatie en de vanzelfsprekendheid van zovele technieken en bereidingswijzen. Helaas heb ik alleen nog maar haar kookboek met enkele notities, en de getuigenissen van haar dochters die er maar niet volledig in slagen dezelfde schotels op tafel te zetten.

Grootmoeders bepalen veelal de smaakcultuur binnen de familie. Was je oma een lousy cook, dan bestaat er veel kans dat de maaltijden die haar kinderen op tafel zetten ook niet veel soeps zijn. Maar als je grootmoeder je met passie haar lekkere gerechten voorschotelde, en je betrok in het keukengebeuren, dan is er veel kans dat er een sprankeltje van die passie overspringt op de jongere generatie. Grootmoeders bepalen ook in grote mate op welke manier er wordt gekookt binnen een familie. Hun truukjes, bereidingswijzen en culinaire weetjes klinken nog generaties door. De moleculair-gastronomisch wetenschapper Hervé This wijdde bijvoorbeeld een groot deel van zijn onderzoek aan de bestudering van culinaire misvattingen die generaties lang worden doorgegeven.

Deze familiale vorm van culinaire overlevering veronderstelt natuurlijk dat grootmoeders eigen familierecepten bij elkaar sprokkelen die net genoeg afwijken van die van andere grootmoeders om uniek te zijn. De debatten over wat er nu wel of niet in stoverij of spaghettisaus hoort, en of de chocolademousse nu met room, eiwitten of een mengsel daarvan wordt gemaakt, illustreren dit overvloedig. Wie dergelijke recepten niet voorhanden heeft, is gebaat bij een basiskookboek met recepten die gaandeweg een eigen twist kunnen krijgen. Koken met je oma is dus een zeer particuliere activiteit waarbij, als het doorgeven van familierecepten een van de doelstellingen is, een gepubliceerd kookboek moeilijk inzetbaar is. En dat is een beetje het probleem bij het concept van dit boek. In het voorwoord bij dit boek suggereert Joyce Huisman dat dit een boek is voor alle oma’s en hun kleinkinderen die heel graag al die typische omagerechten samen willen maken ‘gewoon omdat de gehaktbal van oma nou eenmaal anders smaakt dan die van mama’. Dit houdt natuurlijk een paradox in. Het recept van je oma voor die gehaktbal staat natuurlijk niet in dit boek, en het recept voor gehaktbal uit dit boek is natuurlijk niet van je oma, maar van (de oma van) de auteur. Dit boek is in die zin slechts een aanzet tot het bijeenschrijven van je eigen familiekookboek.

Natuurlijk blijft het leuk als grootouders gewoon samen met kleinkinderen koken, en daarbij is dit boek een leuke begeleider. Joyce Huisman verzamelt in dit boek een resem hoofdgerechten, toetjes, zoeternijen voor bij de thee, koffie of limonade, snacks, gerechtjes voor de picknick en typische feestschotels uit haar eigen jeugd. De negenenveertig recepten zijn nu eens klassiek, zoals witloof met ham en kaas uit de oven of gehaktbal en dan weer exotisch, zoals quesadilla’s met kaas of Surinaamse pom met kippenpootjes. De snacks, zoeternijen en toetjes zijn makkelijk te maken door kinderen van alle leeftijden, maar voor de hoofdgerechten en de feestmaaltijden is er wat meer assistentie van de grootouders vereist. Bij elk recept staat de moeilijkheidsgraad trouwens aangegeven, alsook de bereidingstijden en naast de ingrediënten een lijst van het nodige keukenmateriaal. De receptuur zelf is opgebouwd uit genummerde stappen en is in een eenvoudige taal opgesteld. De fotografie ondersteunt de receptuur door niet alleen het resultaat te tonen maar ook stap-voor-stap de technieken te demonstreren. Door de inhoudsopgave vooraan en het register achteraan vind je snel een bepaald recept terug. Achteraan zijn ook enkele bladzijden vrijgehouden voor het noteren van oma’s familierecepten.

Koken met oma zou een door de overheid gesubsidieerde activiteit moeten zijn, omdat het de rijke culinaire traditie van een natie in leven houdt en omdat het een positief effect heeft op de gezondheid en het welzijn van de bevolking. Dit boek kan dan meteen ook als handboek worden gebruikt en als voorbeeld voor een Vlaamse versie.

[Edward Vanhoutte]


Titel: Ik kook met oma
Auteur: Joyce Huisman
Fotografie: Lieke Heijn & Pim Janswaard
Uitgeverij: Inmerc
Jaar: 2009
Collatie: 176 pp. – ill.
ISBN: 978-90-6611-608-5
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II

Geen opmerkingen: