woensdag 26 oktober 2011

Phil Vickery - Heerlijk glutenvrij bakken

Als je immuunsysteem reageert op het gluten in voeding, dan heb je coeliakie (spreek uit: seuliakie). Je wordt er niet paars van en je gaat niet dood, maar je moet wel een glutenvrij dieet volgen waarbij tarwe, gerst, rogge en alle afgeleide producten vermeden moeten worden. Gluten is namelijk het eiwit dat in die granen voorkomt. Als je weet dat gluten ook zorgt voor de veerkracktige structuur van brood en gebak, dan weet je meteen al hoe laat het is: in een glutenvrij dieet is er immers geen plaats voor brood, pizzabodems, korstdeeggebak, taarten, koekjes en ga zo maar door. Tenzij je glutenvrij bakt natuurlijk.

Celebrity én sterrenchef Phil Vickery schreef een aantal jaren geldeen het boek Seriously Good Gluten Free Cooking (Kyle Cathie, 2009) waarin hij aantoonde dat vers en creatief koken zonder gluten helemaal geen karwei hoefde te zijn. In dat boek, dat slechts enkele bakgerechten bevat, beweerde hij trouwens ook dat hij een boek vol kon schrijven over glutenvrij bakken. Met een ambassadeurschap op zak van de Britse vereniging Coeliac UK doet hij dat nu met dit boek.

De grootste uitdaging van glutenvrij bakken is niet het vinden van vervangingsproducten voor tarwebloem en consoorten, die zijn er genoeg. Met boekweitmeel, kastanjemeel, sojabloem, rijsetbloem, bijvoorbeeld, krijg je een prima resultaat. In dit boek gebruikt Vickery drie verschillende bloemmengsels die voor koekjes, luchtig gebak en brood kunnen worden gebruikt. Hét probleem is de textuur van brood en gebak die door gluten wordt gewaarborgd. Glutenvrije producten die op industriële schaal worden geproduceerd gebruiken hiervoor verbeteraars en chemicaliën. Vickery zweert het gebruik daarvan af en kiest resoluut voor xanthaangom, dat al eens met een spellingsfoutje in het boek voorkomt.

Een zeventigtal recepten passeren de revue en zouden zeker niet misstaan in een 'gewoon' bakboek. Het grote verschil met vele andere glutenvrije bakboeken is dat deze recepten door een chef werden bedacht die ze checkte bij dieetconsulenten, artsen en de coeliakie-vereniging en niet andersom. Het resultaat is een heel arsenaal aan smakelijke zoetigheden zoals koekjes, cupcakes, muffins, taarten, feestgebak, desserts en allerhande snoeperijen. Een greep uit het aanbod: zoete vlindercakejes met courgette & saffraan, kleverige chocoladetaart, appeltaart met knapperige cidercrunch, madeleines met honing & chocolade, en ga zo maar door. Er is ook een hoofdstuk met broodrecepten, van focaccia en Indiaas platbrood tot briochebrood met sultana's. Helaas is er geen recept voor de gewone doordeweekse boterham.

Heerlijk glutenvrij bakken is een aanwinst voor wie op gluten moet letten maar toch lekkere zoetigheden uit de oven wil. Ook voor wie een glutenvrij dieet niet aan de orde is, kan met dit boek zijn voordeel halen en gezonde en gevarieerde alternatieve ontdekken voor het gebruik van bloem in de keuken.

[Edward Vanhoutte]

Titel: Heerlijk glutenvrij bakken
Auteur: Phil Vickery
Fotografie: Tara Fisher
Uitgeverij: Fontaine
Jaar: 2011
Collatie: 176 pp. – ill.
ISBN: 978-90-5956-393-3
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II
Oorspronkelijke titel: Seriously Good! Gluten-free baking (Kyle Catchie Ltd, 2010)

maandag 24 oktober 2011

Johan Engelen - 100% Johan. Culinaire verleidingstrucs van De Beste Hobbykok van Vlaanderen 2010

Johan Engelen heeft geluk gehad. Hij is gezegend met een meer dan behoorlijk kooktalent, won de finale van De Beste Hobbykok van Vlaanderen 2010, en in de nasleep van die overwinning brengt hij een kookboek uit: 100% Johan. Culinaire verleidingstrucs van De Beste Hobbykok van Vlaanderen 2010. Voor vele chefs is die ketting aan toevalligheden al reden genoeg om hem in de ban te slaan. Maar niet voor mij.

Grappig is de exhaustieve inleiding. De inhoudsopgave destilleert Johan namelijk in 18 % gastrosexueel ('een man die zijn kookkunst aanwendt om een vrouw te verleiden of te behagen'), 9 % pleziermaker ('ik dans niet op tafels, ben niet het grootste lawaai en open geen moppenreeks'), 16 % mister zen ('mijn ultieme meditatiemoment is wanneer ik de worteltjes aan het snijden ben'), 8 % ijverige leerling, 11 % pietje precies in de afwerking, 8 % kunstenaar, 6 % liefhebber van de kleine dingen, 13 % gewiekste verleider, 4 % oog voor moeders kunsten en 5 % stille genieter met een glaasje. Pas op p. 46 gaat het werkelijke koken van start met hoofdstukken als: sfeerbrengers, gangmakers, de eerste honger, soep, vis op de plank, een goed stuk vlees, viva italia, bbq, tot slot en snoep bij de koffie. De meeste hoofdstukken worden voorafgegaan door een aardig wijnweetje.

Door de hoeveelheid hoofdstukken (alsof Engelen flink schrik had een bepaald segment niet te coveren) wordt het boek nogal onoverzichtelijk. En ook de gerechtjes zelf zijn nu niet meteen wat je noemt spectaculair. Bovendien zijn de meeste recepten niet echt keurig uitgewerkt. Een recept voor mojito kent hier geen specificatie van type rum, alsof er welgeteld één soort rum op deze aardkloot bestaat. Ook de andere gerechten zijn in gedejavueerde bedje ziek, denk aan Gazpacho met garnaaltjes (p. 63), Fris haringhapje met groene appel (p. 64), Mosselcappuccino met gele curry (p. 73), Krabcocktail met avocado (p. 84), Zeebaars in zoutkorst (p. 115), Varkenshaasje met spekjes en Tiense mosterd (p. 131) en Lamskroontje met zuiderse groenten en dauphin gratin dauphinois (p. 132). Hoewel deze smaakcombinaties vrij lekker zijn, mis ik een duidelijke stijl en visie. Iedere kookboekenliefhebber heeft minstens een twintigtal kookboeken met gelijkaardige recepten in zijn boekenkast staan. Er worden te weinig glimpen opgevangen van Engelens creativiteit, terwijl die wel degelijk bestaat - althans in het geval van Toast champignon met crème van aardpeer en gerookte forel (p. 97) of Eend met rode en witte biet (p. 136).

Ook de desserts blinken uit door hun onzichtbaarheid; ik heb weinig zin in de zoveelste moelleux met frambozencoulis, of nog maar eens tiramisu met speculaas. Veelal zijn de nagerechten ook erg zwaar en missen ze de juiste zuren om de zoete smaken te neutraliseren. Een typisch voorbeeld hiervan is Engelens keuze voor Karamelchocolade met neuzekes-ijs (p. 181), een caloriebom waarvan de hoeveelheid suiker niet alleen op je maag valt als een baksteen maar ook eentje waarbij je er een plakkerige en kleffe mond op nahoudt. Bij mierzoet neuzekes-ijs is het misschien beter iets fris of zuurs te serveren zodat het geheel 'lichter' valt. Ook producten als yoghurtijs die normaalgezien fris zijn, zal Johan onnodig verzwaren door er eierdooiers aan toe te voegen.

Verder kan Engelen niet verbergen dat hij geen opgeleide kok is (hij volgt momenteel een professionele opleiding in avondonderwijs); het begrip ‘sauce ostendaise’ bestaat simpelweg niet, of wilde hij komen tot ‘sole ostendaise’ (de bereidingswijze van noordzeetong)? Verder zijn er weinig fouten tegen gaartijden of algemene technieken, al vraag ik mij af waarom Engelen zijn champignons vooraf steevast besprenkelt met citroensap. Door deze bewerking kan je de champignons niet meer krokant afbakken, en dat is altijd jammer.

Het kan misschien uit onzekerheid zijn, maar ik vond het daarnaast bijhoorlijk vervelend dat er constant gerefereerd wordt aan de keuken van de jury in Hobbykok (Peter Goossens en Sergio Herman). Op die manier probeert Engelen zijn gerechten krampachtig meer autoriteit te verlenen. Maar het zal wellicht een kwestie van verkoopsargument zijn. Even verschrikkelijk is de product placement voor Delhaize; bij het afwerken van risotto gebruikt Engelen geraspte Parmigiano Reggiano van Delhaize, en voor het recept op p. 97 koopt hij een 'gerookt forelhaasje van Delhaize', alsof hij hier suggereert dat een forelhaasje van de Carrefour niet goed genoeg is?

De titel ‘beste hobbykok van Vlaanderen’ is sowieso al een beetje bij het haar gesleurd. Immers: zouden wij anderzijds een boek over tennis willen lezen geschreven door ‘de beste hobbytenninsser van Vlaanderen’? Als een hobbykok iemand is die vrienden en familie kan verrassen met lekker eten, dan ben ik zeker dat Johan Engelen een fantastische hobbykok is. Wie bij hem gaat eten, krijgt namelijk smaakvol en correct bereid eten voorgezet. Maar, om een kookboek neer te zetten dat een meerwaarde biedt, mist Engelen naast originaliteit en durf, ook het echte metier. Daarom doe ik het liever niet in zijn keuken. Pas als hij 100% is, kunnen we er misschien nog eens over praten.

[Femke Vandevelde]

Titel: 100% Johan. Culinaire verleidingstrucs van De Beste Hobbykok van Vlaanderen 2010
Auteur: Johan Engelen
Fotografie: Luk Thys en Bram Debaenst (Foodphoto)
Uitgeverij: Borgerhoff & Lamberigts nv & VTM Books
Jaar: 2011
Collatie: 208 pp. – ill.
ISBN: 978-90-8931-207-5
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II

maandag 10 oktober 2011

Joni Verhulst & Sophie Matthys - Waar eet? De 500 beste restaurant-tips uit de populaire De Morgen rubriek

Welke foodie kent het niet? Je regelt tot in de puntjes een diner voor jou en je liefste, en niets mag mislukken, vooral niet als het van jou afhangt. Wat je meteen tot de volgende bekommernis leidt: in welke handen leg je jullie culinair lot? Om op bovenstaande queeste een geschikt antwoord te vinden, surfen sommige lekkerbekken onder ons naar een consumentgerichte restosite, anderen steken dan weer hun licht op bij de Zone-recensenten. Vaker laten we ons leiden door de persoonlijke viavia's. De Morgen Magazine sprong gretig in op die lacune, en ondervroeg zo bekende Vlamingen (volgens de inleiding 'geen snobs' maar ook 'geen neanderthalers') naar hun favoriete eetplekken. Aanvankelijk begon 'Waar eet?' als een spin-off bij volwaardige restaurantbesprekingen van kleppers als Willem Asaert en Agnes Goyvaerts. Na succesvolle Magazine-jaargangen inclusief 'Waar eet?'-katernen, liepen twee slimme uitgevers ermee heen. Waar eet? zag het licht.

De inhoudsopgave ziet er als volgt uit: de gastronomische parels worden samengevoegd onder de titel 'De mag het iets meer zijn top 10' (De Karmeliet). Verder heb je 'De gewoon ontzettend goed top 10' die de onvervalste prijs-kwaliteit toppers bundelt – zonder stijve etiquette maar op grootmoeders wijze (De Lieve). Qua Europese stijlen is er gedacht aan Oosters (Little Asia) en Italiaans (La Botte). Verder worden de visliefhebbers bediend met de 'Lekker uit de zee top 5' (Fiskebar). Opvallende categorieën worden gevormd door de frituren (Frituur Jozef) en de restaurants met 'verantwoord' lekkers (Biologisch Dynamische Bakkerij). Andere restaurants worden ingedeeld onder de desbetreffende provincie. Het boek sluit af met een 'Kinderen meer dan toegelaten'-selectie (De Mosselbeurs).

Bij ieder favoriet adresje wordt er een beschrijving van het eetablissement opgenomen (locatie, service, eten) zodat de lezers desgewenst kunnen reserveren. Waar eet? is duidelijk opgesteld als een handzame gids, en daar ben ik blij mee. Blij, omdat dit geen kookboek is van het zoveelste bv-legioen. Bovendien kun je ook echt iets 'doen' met dit boek. Iedere Bekende Vlaming vertelt over zijn of haar invulling van het laatste avondmaal. Leuk voor wie 's avonds geen kookinspiratie heeft. Of voor wie zin heeft om met ontzetting te grijnzen naar de creatie van Pieter Aspe. Naar verluidt is hij verknocht aan een dichtgevouwde boterham met kaas, warme aardappelpuree en tomaat. Je hebt mensen die tot ter dood verstandig handelen (en niet met een volle maag willen sterven) maar je hebt gelukkig ook mensen die nog meer vernuft aan de dag leggen (ik doe me te goed aan een copieuze maaltijd, want in het hiernamaals let ik niet op de lijn/cholesterol).

Bij de frituren onthouden we dat Bart Cannaerts dol is op een vlasburger (een kleine hamburger met champignons, paprika en dulle friet-saus) bij De Dulle Friet in Gent. Evy Gruyaert verkiest De Frietketel, een frituur die de biologische kant opgaat. Maar, De Dulle Friet staat (ongeoorloofd) op twee in de frituurranking, terwijl de frituur aan Sint Jakobs, het gele goud stukken beter afbakt. En wat met De Friet Lounge, die de horeca-award voor beste frituur in de wacht sleepte? Nobele onbekenden voor de top tien.

Ook in de andere toppen mis ik de logica, In 'De mag het iets meer zijn top 10' staat Oud Sluis op de achtste plaats, voorafgegaan (!) door de Belga Queen in Gent. Ok, Belga Queen heeft een fantastisch pand, een uitmuntende locatie en personeel dat geselecteerd lijkt op looks, maar ga je nu beweren dat er een godenmaal geserveerd wordt? Ik ga er persoonlijk enkel een cocktail drinken. In 'De gewoon ontzettend goed top 10' tref ik eenzelfde misser aan. 't Patyntje staat hier simpelweg op 1, terwijl ik onlangs bij het bestellen van paling in't groen, een paling in een bruinig sopje voorgezet kreeg.

Het kleinmenselijke aan dit boekje is de identificatie die je als lezer ongetwijfeld aan de dag legt. Ik vond het bijzonder grappig om te lezen dat actrice Gilda De Bal net zoals ikzelf een rasechte tonijneter is, maar, en daarin verschilt ze dan weer met mij, nooit alcohol drinkt. Andere bekenden gaan precies op restaurant op basis van het vloeibare goed: Dave Peeters is een fan van de bierkaart uit Aba Jour en Henk Rijckaert gaat van thee en koffie genieten in Julie's House. Een andere geruststelling is dat ik als Gentenaar weinig verrassingen heb zien opduiken. Uiteraard wordt Vintage vermeld (Sam De Bruyn), een restaurant annex bar annex wijnwinkel die door de lezers van Zone 09 ooit is uitgeroepen tot beste restaurant van Gent. Dezelfde eer was voorbehouden aan het team van Fin du Monde. Dat mensen op onverwachte plekken openstaan voor lekkers, is ook mooi meegenomen. Restaurant Rood uit de Sleepstraat bijvoorbeeld heeft door zijn multiculturele bordjes het hart van Eva De Roovere veroverd. Jonas Geirnaert vervolgens is verslingerd aan huiskamerrestaurants à la De Avonden, een spot waar je nooit twee dezelfde stoelen of tafels zal aantreffen. Verder passeert Els Pynoo, uit melancholie, langs Gent voor de paella van het Spaans Huis.

Verder worden er ook buitenlandse adresjes gegeven. Zo komen we terecht in restaurant Amsterdam waar Els Dottermans ons de schotel schartongetjes aanraadt. Of Erik Van Looy, die ons meetroont naar Los Angeles om in Le Petit Four te smullen van Clam Showder Soup. Bovendien heb ik door het lezen van de ervaring van Wim Opbrouck – de geblancheerde kruiden op zijn gebraiseerde boeuf d'Aubrac – een nieuw favoriet adres: Michel Bras, here I come.

Wat ik vooral onthoud uit deze gids is de trend dat we graag postmodern flirten met hoog en laag. Luc De Vos houdt van de gemoedelijkheid in Jour de Fête, maar moet toch ook jaarlijks kunnen langsgaan in Het Hof van Cleve. Waar eet? is een dus representatieve gids, omdat het ruimte biedt aan klassezaken (Nuance), topleveranciers (Michel Van Tricht), maar ook aan rauwe en onvervalste gerechten als pladijs met frietjes (Stad Kortrijk).

Volgens mij zijn lang niet alle 'goede' zaken (in hoeverre dat mogelijk is, weet ik ook niet) opgenomen in deze gids, maar er is wel een goed begin gemaakt. De 'juiste' bekenden werden ondervraagd, waardoor er een gevarieerd aanbod aan eetadresjes werd geleverd. Dat er nog plekken bestaan die enkel ik blijk te kennen, is goed voor mij, dan hoef ik daar niet enkele lichtjaren op voorhand te reserveren. Bovendien heb ik duizend invullingen voor mijn laatste avondmaal (gaande van fingerfood over fruits de mer tot moleculair gebrom), maar ik blijf ervan overtuigd: op een tafel zonder grote liefde, smaakt het eten slechts half.

[Femke Vandevelde]


Titel: Waar eet? De 500 beste restaurant-tips uit de populaire De Morgen rubriek
Coördinatie: Joni Verhulst & Sophie Matthys
Uitgeverij: Borgerhoff & Lamberigts
Jaar: 2011
Collatie: 195 pp.
ISBN: 978-90-893-1157-3
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: I

donderdag 6 oktober 2011

Nancy McDougall & Glynis McGuinness - De Kinderkookbijbel

Om een titel als The Best-Ever Step-by-Step Kid's First Cookbook te vertalen als De Kinderkookbijbel moet je toch al een tijdje erg slecht geslapen hebben. Komaan, de zoveelste kookbijbel kunnen we wel missen in onze boekenkast. Een beetje creativiteit kan toch wel verwacht worden van wie vertaalt voor kinderen. Maar misschien wou de vertaalster de sfeer van het boek gewoon doortrekken naar de titel. Hoewel zeer didactisch van aanpak, demonstreert dit boek ook wel een zekere onoverzichtelijkheid en saaiheid. Deze Kinderkookbijbel is eerder geschikt voor volwassenen die met kinderen willen koken, dan om bij kinderen enige passie voor het koken op te weken. Het grote formaat en de zware papierkwaliteit maken het boek hoedanook ongeschikt voor kleine kinderhandjes.

Het boek start met 37 bladzijden introductie waarvan het overgrote deel door tekst wordt ingenomen. Niet echt een stimulans voor wie direct met koken wil beginnen. Maar het minste wat je van dit boek kan zeggen is dat het methodisch is opgebouwd, en daarom ook een veel te drukke bladspiegel kent. Je ogen schieten werkelijk alle kanten uit en introductie, ingrediëntenlijst, benodigd keukengerei, tips, opmerkingen en stap-voor-stap recept zijn moeilijk in één oogopslag van elkaar te onderscheiden. De gekleurde symbooltjes die bij de fotootjes aangeven wanneer er gevaar dreigt en de gekleurde bovenrand met een indicatie van de moeilijkheidsgraad, de voorbereidings- en bereidingstijden, maken het kleurboekkarakter van dit boek compleet.

Het is inmiddels duidelijk dat ik geen hevige fan ben van deze Kinderkookbijbel. En plots schiet het me te binnen dat de titel nog niet eens zo slecht gekozen is. De meest verkochte Bijbels zijn immers gedrukt in kleine lettertjes op veredeld sigarettenpapier en kennen een methodische indeling waarbij het leesplezier niet aan de orde is.

Dit boek bevat vooral heel veel informatie, misschien wel te veel. Meer dan 150 recepten, informatie over veiligheid in de keuken, de uitgerekende voedingswaarden van elk recept en alles wat hier voordien al ter sprake kwam. Een ondoenbare zaak om dat allemaal in een rustige en prettige vormgeving te stoppen. Vandaar dit resultaat.

Wie op zoek is naar veel haalbare recepten om met kinderen te maken en daarbij een grote hoeveelheid informatie wil verwerken, vindt zeker zijn of haar gading in dit boek. Het boek is echter niet geschikt voor de beoogde doelgroep. Maar uit de Bijbel wordt ook vooral voorgelezen aan kinderen.

[Edward Vanhoutte]


Titel: De Kinderkookbijbel
Auteur: Nancy McDougall & Glynis McGuinness
Fotografie: William Lingwood
Uitgeverij: Veltman Uitgevers
Jaar: 2011
Collatie: 256 pp. – ill.
ISBN: 978-90-483-0436-3
Kwalitatieve beoordeling: **
Moeilijkheidsgraad: I

dinsdag 4 oktober 2011

Piet Huysentruyt & Frank Smedts - SOS Piet 5

Reken maar van yes dat Piet Huysentruyt met dit vijfde deel in de SOS Piet-reeks de magische kaap van de 1 miljoen (1.000.000!) verkochte boeken zal overschrijden. Trouw aan het concept, presenteert Huysentruyt 144 pagina's soepen, voorgerechten, hoofdgerechten en nagerechten in een herkenbare vormgeving, de een-twee-drie-handjes incluis. Echte vernieuwingen zijn er niet in dit boek, behalve dan Huysentruyts nieuwe koksvestje en een knalrood uurwerk. Maar geen paniek, zijn trouwe Armani-uurwerk duikt ook nog af en toe op. En dat wordt – toevallig – mooi uitgespeeld. Er zijn volgens de stap-voor-stap fotocollage op p. 49 bijvoorbeeld twee manieren om tomaten te emonderen en in concassé te snijden: één met een Armani uurwerk om je pols en één met een rode ice watch. Omdat het rode uurwerk beter past bij de kleur van de tomaten prefereer ik die laatste, snelle manier. Als man van het volk, staat een hip, betaalbaar uurwerk hem ook sympathieker. Het Armani-uurwerk zoek ik wel rond een stoere vrouwenpols.

Dat Huysentruyt op de foto's in het boek met twee verschillende brilletjes te spotten is, zal de meeste lezers worst wezen – de zelfgemaakt curryworst van p. 40 levert hiervoor trouwens een uitstekend recept. Toch stoort het een kookboekenrecensent dat de beeldregie niet strikter werd gevoerd. Het komt een beetje over als Jennifer Aniston die met d'r haar in een paardenstaart een deur openduwt om vervolgens met los haar een kamer binnen te komen.

De recepten zijn alweer een garantie op succes. Frank Smedts, de vaste redacteur van de reeks, is er voor de vijfde keer in geslaagd om het televisieconcept te vertalen naar leesbare teksten. De fotografie van Verne is ook een constante in de reeks. Niet helemaal top, maar zeker dienstbaar aan het opzet van de boeken. De matige kwaliteit van het beeldmateriaal is overigens niet helemaal de verantwoordelijkheid van de fotograaf. De presentatie van de tomatenflan op p. 47, bijvoorbeeld, is ronduit onsmakelijk, en dat Huysentruyt het niet afleert om elke bord te bestrooien met zijn eigen vermalen kruiden is wel goed voor zijn omzet, maar levert vuile borden op.

De selectie van gepresenteerde gerechten is divers en eerder toevallig. Na vier boeken is het natuurlijk geen sinecure om nog Vlaamse klassiekers te vinden die uitleg behoeven, en de vleeskroketten, gebakken pladijs, spiegelei met spek en kalfszwezeriken moeten die rol dan maar vervullen. Verder zijn er ook wat meer exotische gerechten opgenomen zoals kippengyros, tagliata, vis in zoutkorst en tajine. En waarom de Britse klassieker shepherd's pie in dit boek 'sheppard's pie' wordt genoemd zal wel altijd een raadsel blijven. Voor wie de andere boeken uit de reeks op de plank heeft staan is het leuk dat er af en toe naar wordt verwezen.

Huysentruyt kan je natuurlijk nauwelijks op een foutje betrappen, of het zou dan zijn voorliefde moeten zijn om vlees met een vleesvork in de pan te draaien in plaats van met een keukentang. Over het algemeen ben ik iets minder enthousiast over dit vijfde boek dan over de andere boeken uit de reeks, maar daar zal de gewenning aan het concept wel iets voor tussen zitten. En wat er ook van aan is, verkopen doet dit boek toch.

[Edward Vanhoutte]


Titel: SOS Piet Huysentruyt 5
Auteur: Piet Huysentruyt & Frank Smedts
Fotografie: Verne
Uitgeverij: Lannoo
Jaar: 2011
Collatie: 144 pp. – ill.
ISBN: 978-90-209-9856-6
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II