Ik heb altijd zalig gegeten op kot. Eerlijk waar. Dat had veel, zoniet alles, te maken met de onberispelijke discipline waarbij mijn moeder haar klassiekers in handzame porties invroor én het onberispelijke gebrek aan een dergelijke discipline van de moeder van mijn kotgenoot. Daardoor aten we afwisselend gerechten zoals rodekool met spiering en zurkelpatatten met worst van mijn moeder en scampi's diabolique en tongfilets met kreeftenroomsaus van de traiteur. De gaten vulden we op met een mosseltje op donderdagavond in de Alma, bicky's en een occasionele pita met dertien sauzen. Dus... koken deden we wel, maar niet from scratch. Tenzij tijdens de tweede zittijd waar onze populaire barbecues voor onze collega-gebuisden het zoveelste argument vormden om vooral niet te studeren.
Afgaand op de vierhonderd studenten die reageerden op Sergio's oproep via Studio Brussel om hun favoriete kotrecept in te sturen, wordt er tegenwoordig aardig wat afgekookt op de Vlaamse koten. Zeker, heel wat pasta's en wokjes, maar ook risotto, tartiflette, tatjespap en ossobucco. Sergio Herman selecteerde dertig recepten die hij enkele niveaus hoger tilde met soms enkele eenvoudige ingrepen – wat verse kruiden, een andere kooktechniek en presentatie. Het verbaast natuurlijk niemand dat Sergio's gepimpte versie van de kotgerechten er stukken beter uitzien dan de originelen, maar het is allerminst een uitlachboekje geworden. Daar is de uitvoering – 120 grams papier, garengenaaid en met leeslint – overigens te mooi voor.
Het recept van de student wordt met naamsvermelding, leeftijd en richting telkens opgefleurd met een foto van het gerecht die de student zelf dikwijls met de smartphone nam. Op de tegenoverstaande bladzijde staat dan de gepimpte versie van het gerecht gezien door de camera van Tony Le Duc. Soms is het verschil aandoenlijk groot (ossobucco van Louis, of chili con carne van Laura) , maar soms ook gruwelijk klein. De gevulde verse tortelloni van Marion, bijvoorbeeld. Op de twee volgende pagina's doet Sergio zijn recept uit de doeken. Over het algemeen is die wat bewerkelijker en bevat die meer verse producten en smaakmakers dan het origineel, maar het blijft allemaal zeer uitvoerbaar voor een kotkeuken. Mooi is dat de bordpresentatie op het einde van het recept telkens aan bod komt.
In het volgende deeltje 'Sergio op kot' presenteert Sergio tien gerechten originele kotgerechten van eigen signatuur en van verschillende moeilijkheidsgraad. De ansjovis, rilette van sardines, zalmsaladespicy makreel en soep worden telkens in het blik geserveerd waaruit het basisingrediënt komt. Mooie vondst. Mosselen worden met het populaire Vedett-bier bereid. Voor de volgende gerechten moet wat meer tijd (curry, stoverij, Thaise zeebaars en crispy kip) of geld (entrecote) worden uitgetrokken, en laat dat nou net twee dingen zijn die studenten meestal niet in overvloed hebben.
In een derde deeltje becommentarieert Sergio tien kotrecepten en geeft hij een resem tips om het gerecht zelf te pimpen.
Vooraan het boekje staat een inleidend hoofstukje met alles wat je moet weten en hebben om superkotfood te maken. Achteraan staat een index op product en op recept. Gezien de populariteit van de vegetarische keuken bij studenten hadden de vegetarische gerechten hier gerust gemarkeerd mogen worden.
Het boekje heb je trouwens voor de prijs van ongeveer vijf pinten.
[Edward Vanhoutte]
Titel: Pimp your F**king Kotfood
Auteur: Marc Declercq
Recepten: Sergio Herman
Fotografie: Tony Le Duc & Koen Bauters
Uitgeverij: Minestrone Culinaire Uitgeverij
Jaar: 2012
Collatie: 160 pp. – ill.
ISBN: 978-94-90028-47-3
Kwalitatieve beoordeling: ****
Moeilijkheidsgraad: II
Geen opmerkingen:
Een reactie posten