woensdag 22 september 2010

Hubert van Herreweghen - Geuze en Humanisme

In juni 1955 vergastte Hubert Van Herreweghen de toehoorders van de Vlaamse Club voor Kunst, Wetenschap en Letteren in Brussel op een causerie met de ronkende titel Geuze en Humanisme. De neerslag van deze lezing werd verlucht met pentekeningen van Maurits van Saene en op Nieuwjaarsdag 1966 aangeboden aan de leden van de Vlaamse Club. De volledige oplage van 400 exemplaren was in geen tijd de deur uit en sindsdien is deze plaquette ook antiquarisch, quasi onvindbaar. Naar aanleiding van de negentigste verjaardag van de dichter, en profiterend van de revival en het succes van gastronomische streekproducten, verzorgde Uitgeverij P met steun van de provincie Vlaams-Brabant deze anastatische herdruk van het origineel.

In Geuze en Humanisme geeft Van Herreweghen de lezer zijn ‘zelfgenoegzame beschouwingen over de voortreffelijkheid van het bier van Brussel en Brabant en van de mensen die het drinken’ aldus de ondertitel. De aangekondigde zelfgenoegzaamheid spat al van de aanhef waarin Van Herreweghen de Rotterdamse humanist Erasmus begroet als ‘grote Anderlechtenaar’. Nu is Erasmus natuurlijk net zo min Anderlechtenaar als de geuze in mijn kelder van Antwerpen zou zijn, maar Van Herreweghen geeft aan het einde van zijn aanhef toe dat hij Erasmus louter ter sprake bracht ‘om de indrukwekkende titel van deze voordracht enigszins te verrechtvaardigen.’

In een dertigtal typografisch fraai vormgegeven bladzijden met veel witruimte vergast Van Herreweghen de lezer op verhalen rond de ethymologie van het woord geuze en op kennis over het brouwproces waarbij de unieke wilde gisting die alleen ten zuidwesten van Brussel mogelijk is, een centrale plaats inneemt. Het is in deze bladzijden dat de tekst enige literaire allures krijgt, wanneer Van Herreweghen de lambiek hoort piepen gelijk een nest jonge muizen en bedenkt ‘hoe goed en gewillig en dienstvaardig die natuurkrachten liggen te woelen en te wroeten om de deugd boven het bederf te doen zegevieren, om de krachten van het goede de bacteriën van rotheid en kwaad te laten verslaan, en om, bij de opstanding uit de kelder, aan de dankbare mens vreugde en perfectie van smaak te bezorgen.’ (p. 21-22)

Zoals het bij een goed bier past, worden ook de vermoedelijke medicinale krachten niet onbesproken gelaten. Sterker nog dan Jan De Wilde die ooit zong: ‘En de Guize dein hei vuile bruekes’ leven gesauveid.’ (En de geuze heeft veel broertjes het leven gered.), laat Van Herreweghen een stervende boer die enkel nog geuze binnenhoudt zowaar uit de dood opstaan.

Van Herreweghen besluit zijn causerie met een enkele verzen van Jan Van Nijlen en Jan Greshoff waaraan hij een eigen ‘Litanie van de Schone Uithangborden’ toevoegt. Zelfgenoegzaam voegt hij eraan toe ‘Is dat niet vele klassieke en expressionistische verzen waard?’

Op het einde van deze korte tekst komt de aap echter uit de mouw. Al het voorgaande was slechts een uitvoerige inleiding, een uitstel op het proeven en drinken van de geuze zelf. Wie dit boekje ter hand neemt, doet er dus goed aan ook een geuze klaar te zetten.

Geuze en Humanisme is geen groot literair moment in het oeuvre van Van Herreweghen, maar vooral een hebbedingetje, een kleinood, een troost voor wie geen origineel exemplaar heeft kunnen bemachtigen. Meer dan een zachtkabbelende causerie die meandert van weetje naar anekdote is het echter niet. Een leuk tussendoortje van een overigens ferm dichter.

[Edward Vanhoutte]



Titel: Geuze en Humanisme
Auteur: Hubert van Herreweghen
Illustraties: Maurits van Saene
Uitgeverij: P
Jaar: 1955/2010
Collatie: 40 pp. – ill.
ISBN: 978-94-77757-19-2
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II

Geen opmerkingen: