Nigella Lawson is geen chef-kok en heeft zelfs geen koksopleiding gevolgd, en dat is ook haar uitgangspunt. Haar ervaring als eter en als culinair journalist – ze schreef 12 jaar restaurantkritieken voor ze in 1998 haar eerste boek How to Eat: The Pleasures and Principles of Good Food publiceerde – wendt ze aan om te beslissen wat ze wil koken. En die keuze is simpel: wat ze wil eten. Als bezige bij en moeder van twee kinderen betekent dat ook dat het eten wat ze kookt klaargemaakt moet kunnen worden in het echte leven, en niet alleen in een professionele restaurantkeuken. Alle recepten die ze in haar boeken publiceert, werden in real time uitgevoerd, zodat ze precies weet hoe je de zaken moet organiseren, of je genoeg plaats op je aanrecht hebt, en hoe je tijdens het bereiden van een gerecht een zenuwinzinking kunt vermijden. Kortom: maximaal kookplezier met een minimale inspanning.
Dit vierde kookboek van Nigella Lawson ademt die filosofie ook uit op elke bladzijde. Uitgangspunt van dit boek, dat als begeleiding dient voor de Channel 4 serie Forever Summer, is de uitdaging om het hele jaar door de zomer op je bord te toveren zonder daarvoor een uitputtende culinaire strijd te moeten leveren. ‘Niets is de moeite van het maken waard als het je op de zenuwen werkt.’ schrijft ze ergens in het boek. Dus struint ze geen markten en primeurzaken af op zoek naar verse seizoensproducten, of probeert ze zelf haar pasta te maken, maar gaat ze winkelen en koken met het gretig opportunisme dat ze ook uitstraalde in haar columns voor Vogue en The Guardian en haar eerste televisiereeks Nigella Bites, en past ze schaamteloos gerechten van anderen aan haar eigen smaak aan.
Anders dan in de televisieserie Forever Summer, waarin de recepten in elke aflevering werden opgebouwd rond een bepaalde kleur (geel, zwart, roze, wit, rood, bruin, groen, amber), is dit boek klassiek ingedeeld in de hoofdstukjes ‘Eerste gang’, ‘Tweede gang’, ‘Toetjes’ en ‘Drankjes’. Het boek start met een inleiding en een overzicht van de gebruikte oventemperaturen, maten en gewichten en een uitgebreide index op gerechten en ingrediënten houdt het boek overzichtelijk. In het deeltje ‘eerste gang’ presenteert Lawson 10 gevarieerde voorgerechtjes, 5 soepen, 13 pasta’s en 11 salades. De tweede ‘gang’ bevat 17 recepten met vis, 15 met vlees, 13 met gevogelte en 11 bijgerechten. Verder zijn er 39 toetjes, 15 originele ijssoorten en 20 klassieke en nieuwe cocktails opgenomen in het boek.
De recepten en inspiraties bracht Nigella Lawson mee van over de hele wereld en ze vertelt er ook over in haar eigen literaire stijl. Spaanse en Italiaanse gerechten wisselen moeiteloos af met Mediterrane en Scandinavische schotels, en traditionele Engelse nagerechten krijgen een zonnige toets zoals bijvoorbeeld de Anglo-Italiaanse trifle waar jam en bosvruchten samengaan met amaretti, limoncello en mascarpone.
Voor altijd zomer is een boek over relaxt koken en relaxt eten, met heldere en zomerse recepten die de lezer een beter begrip voor voedsel bijbrengen en als inspiratie kunnen dienen voor een lekkere hobbykeuken. Want de keuken is, in Lawsons eigen woorden, ‘niet de plek die je moet ontvluchten, maar waar je een toevlucht kunt zoeken.’
[Edward Vanhoutte]
Titel: Voor altijd zomer
Auteur: Nigella Lawson
Uitgeverij: Contact
Jaar: 2003
Collatie: 280 pp. – ill.
ISBN: 90-254-1670-5
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II
Geen opmerkingen:
Een reactie posten